week03: 25 juli t/m 31 juli 2003 | geschreven door: Thea | |
De eerste kangaroe’s en dolfijnen | ||
En zo zijn we alweer bij het vierde stukje beland. Week 3 heet het, maar dat klopt niet helemaal, het is het einde van week 2 en begin week 3. We beginnen nog in Geraldton. Een vrij grote plaats voor West Australische begrippen. We hebben het er op zich prima naar onze zin, maar vinden de plaats niet speciaal. Nog wel even een bezoekje gebracht aan het plaatselijke museum waar ze een deel hebben ingericht over de Batavia, een VOC schip dat honderden jaren geleden hier vergaan is. De Nederlanders waren toch de eersten die Australië hebben ontdekt. Fijn gevoel 😉 Verder beginnen we nu toch echt naar het avontuur te verlangen. Het lijkt nog op een vakantie in Frankrijk, alhoewel we daar altijd met de tent kamperen. De temperatuur valt nog steeds wat tegen. We hebben hier een doorsnee Hollandse zomer, zeg maar. Ca. 20 graden overdag en ’s nachts koelt het flink af. Zaterdag vertrekken we naar Kalbarri. De aankomst geeft ons één van de eerste zéér aangename gevoelens, dat je weer weet waarvoor je dit doet zeg maar. Wat een prachtige baai. Heel bijzonder als je vanuit het zuiden aan komt rijden en het plaatsje en haar baai beneden je ziet liggen. Het is werkelijk een fantastische omgeving. We bezoeken voor het eerst officieel een National Park, dat van Kalbarri dus. En gaan voor het eerst met onze 4WD van de verharde weg af. Hoera, avontuur, nou dat valt hier nog reuze mee of tegen, hoe je het maar bekijken wilt. De weg is weliswaar niet verhard, maar zeer goed te berijden, we komen dan ook regelmatig ‘gewone’ auto’s tegen, hmm dus dit is nog niet zo bijzonder. Nou vooruit dat komt dit jaar nog wel. De Gorges (valleien) zijn werkelijk prachtig, zoals jullie op de foto’s kunnen zien. Ook Lisa maakt hier een paar prachtige plaatjes. Voor wat betreft de dieren komt er nu ook een beetje schot in de zaak. We struikelen haast over de wilde pelikanen. En zien een aantal zeer grote vissen, gelukkig gevangen en dus dood. Maar we vinden het toch vervelend dat we nog steeds geen levende kangaroe hebben mogen begroeten. Ik bedoel maar, we zitten tenslotte in Kangaroeland !! Van een buurman op de camping horen we dat kangaroe’s dol zijn op gras, dus als we een stukje gras weten in de buurt net buiten het dorpje dan is de kans groot dat we tegen zonsondergang er een paar zien. Zonsopgang kan ook, maar daar hebben papa en mama om hen moverende redenen maar vanaf gezien :), het is nog vakantie tenslotte. Begin van de avond naar het stukje gras gereden en jawel hoor, onze eerste ZEVEN kangaroe’s. Wat een fantastisch gezicht dat gehup van die beesten, ze gaan echt erg hard kan ik eenieder verzekeren. Ook op de camping in Kalbarri hebben we onmiddellijk aanspraak. Eén van onze nieuwe toeristische leiders is in dit geval Ian. Een man (met zijn vrouw Jan) op een Honda Goldwing met zijspan en een aanhangvouwwagentje. Geweldig! De man is gepensioneerd, maar ziet eruit als eind 40 hij heeft zijn leven lang zo’n beetje op cross- en andere motoren gezeten. Ze komen uit de buurt van Melbourne en na 3 dagen hebben we weer een nieuw adres op zak en moeten we zeker contact met ze opnemen als we over een tijdje in de buurt zijn. Zoals gezegd heeft Ian zich verder als eersteklas reisleider opgeworpen. Zij kwamen net uit het noorden en zijn aan hun 4e rondje Australië bezig, dus een prima vraagbaak. Verder wordt hij nog de held van de dag voor Mirthe, hij vertelt dat hij in al die jaren nog geen slang zomaar in het wild heeft gezien. Dit wordt mij direct enthousiast toegeschreeuwd door Mirthe als ik terugkom van een toiletstopje. 4x Australië rond en geen slang gezien. Ian meldt dat er natuurlijk wel slangen zijn, maar dat je ze in principe wel moet zoeken. Goed nieuws dus voor haar 🙂 Op dinsdag de 29ste pakken we onze biezen weer. De reisdagen vallen ons tot nu toe mee. De kinderen gedragen zich ook voorbeeldig moet ik zeggen, een kleine 400km rijden we zo weg. De caravan is ook handig. Wij zijn kamperen met de tent gewend en dan ben je toch wat drukker dan wanneer je gewoon wat spulletjes in kasten drukt 😉 De aankomstplaats des middags is Denham, jazeker u leest het goed, Denham. En zo komen we nog wel een aantal ‘Hollandse’ namen tegen. Deze plaats in een landtong hebben we uitgekozen omdat er hier in Sharkbay dolfijnen zijn. Nee, geen haaien, dolfijnen. Dus eigenlijk had het Dolphinbay moeten heten, maar goed. De volgende ochtend gaan we naar de bekende plek toe, en jawel: Dolfijnen. Ook hier geldt: ‘bekijkt u de foto’s maar even’. Ze komen binnen een meter afstand van je. In dit geval gelokt door de rangers die ze eten gaan geven (en waarom zou je zelf jagen als ze je een lekker visje toewerpen) maar toch. Het is echt heel bijzonder een dolfijn van zo dichtbij te bekijken. Ze zien er supergaaf uit. Ook als ze eten hebben gehad blijven ze in de buurt van de baai. Vooral Nicky met haar kalf van 6 maanden zien we diezelfde dag nog meerdere keren terug. De laatste keer zwemmen ze pal onder ons door als we de steiger oplopen. Echt leuk. Gisteravond heb ik het geplande reisschema tot aan Perth wat nauwkeuriger ingevuld. We hadden eerst het idee dat we het nooit zouden halen, kijk nou wat voor klein piepstukje we tot nu toe hebben gehad. Maar ik ben aardig gerustgesteld. Er staan nu, vanaf vertrek Perth tot return Perth, 29 stops gepland. En dan verwachten we eind oktober weer aan de westkust te zijn. We zijn vandaag Nederlanders tegen gekomen die in 5 weken tijd van Perth naar Broome (en klein stukkie verder) en weer terug zijn gereisd. Wat een rustig tempo houden wij dan aan 😉 Het verdere goede nieuws was dat we volgens hen nu nog maar een paar honderd kilometer van het echt lekkere weer verwijderd zijn, en dat dat ook geldt voor de temperatuur van het zeewater. Gelukkig maar, ik ben de lange broeken ’s avonds wel zat. Alhoewel, dan moeten we ze waarschijnlijk weer aan tegen de muggen. Ach ja, we moeten toch wat te klagen houden. |