9 oktober t/m 16 oktober, geschreven door Thea
Foto’s volgen nog
De laatste zeilmijlen
Tja, een half jaar lijkt bijna oneindig als je eraan begint, maar dan overvalt het ons toch nog een beetje. De laatste week op het water is aangebroken. Weliswaar hebben we dan nog een paar dagen in Preveza, een iets langer verblijf om alle zaken te regelen voor de benodigde reparaties, maar toch dit is de laatste zeilweek. Het weerbericht voor deze week verandert overigens wel in positieve zin. Eerst leek het er even op dat de (na)zomer voor langere tijd weg zou blijven, maar dat valt gelukkig erg mee. Wel komt er over een paar dagen nog een kleine storing over, maar klein kan natuurlijk ook heftig zijn, dus passen we onze komende pleisterplaatsen daar op aan.
We willen vandaag naar Spartakhori, ook een plaatsje op het eiland Meganissi. Het plaatsje zelf is even een heuvel oplopen, maar dat klimmen zijn we de laatste weken wel gewend. De wind staat minder gunstig dan de afgelopen routes. Maar na 2 van de beste zeiltochten qua wind gezien van de afgelopen maanden, kunnen we niet al te hard klagen. Er staat nog wel een flinke wind en we motorzeilen een stuk. De deining valt ons mee. Gezellige drukte nog steeds op het water. Het is toch al bijna half oktober en de hoeveelheid zeiltjes om ons heen is verrassend te noemen. We besluiten nog even het anker uit te gooien voor een lunch. Weliswaar niet in een idyllische baai, maar toch voelt het prima. Even lunchen, even luieren in de zon, het kan slechter.
We besluiten niet al te laat binnen te lopen, zoveel plek is daar niet. Als we de baai indraaien zien en voelen we dat de wind en de golven niet erg gunstig staan. Alle plekken zijn hier met mooringlijnen, en dat is niet onze favoriete aanlegmethode. Zeker niet als de wind dwars op het schip staat, wat het geval is. Hmmm, ook nog eens een nare deining hier in de baai. We zien de boten die er al wel liggen flink stuiteren. Hebben we hier nu zin in, vragen we aan elkaar. En het antwoord is eensgezind: Nee. We gaan op zoek naar een alternatief. En dat is dan absoluut het mooie aan dit vaargebied, die zijn er zeker te vinden zonder dat je er al te ver voor hoeft te varen. We besluiten een kleine oversteek terug te maken naar Lefkas en naar het plaatsje Nidri te gaan. Deze stond al op ons lijstje om ook aan te doen, maar dat komt dus nu iets eerder. Binnen een uur zijn we er en we vinden er zowaar een plekje aan de kade.
Nidri is een alleraardigst vakantiedorp. Veel boten ook hier weer. Al kunnen er niet heel veel boten aan de kade zelf liggen, in de baai ervoor liggen er zeker ook een stuk of 30. Als je vanuit Nidri naar het zuiden kijkt, zie je de Vlikho baai. Een flinke baai waar ook veel boten liggen. Er zijn zeker 2 charter maatschappijen die daar hun basis hebben. Al met al liggen er honderden boten op deze paar vierkante mijlen. Als gezegd is Nidri een leuk dorp om aan te doen, en het uitzicht vanaf de punt van onze boot is ook weer een om te onthouden. Ja, dit gaan we wel missen hoor. We zien ook wel wat voordelen aan het leven op de wal straks weer, en ook al hebben wij thuis ook niets te klagen over ons uitzicht, deze ‘view’ zou ik wel mee willen nemen.
We maken praatjes met ander bootbewoners en vermaken ons uitstekend. Ik geloof dat René het vorige week ook al had geschreven, maar de laatste weken genieten we echt van het lekkere weer, dat zeker de overhand heeft. In de avond koelt het wel flink af hoor. We zitten vaker in de avond binnen. Om half 8 is het ook al donker, en als het dan ook nog fris is eten we ook liever maar binnen. Maar ons kopje thee in de ochtend kunnen we tot nu toe wel altijd buiten nuttigen. Nee, zo slecht is het hier nog niet in oktober. Wat ons in Nidri verbaast is dat een chartermaatschappij aan deze kade ‘zomaar’ boten afmeert, en dan bedoel ik zonder dat er mensen aan boord zitten. De boten liggen er gewoon ongebruikt te liggen. Je ligt hier gratis, maar ik zou me toch voor kunnen stellen dat de gemeente of een andere instantie een soort regel opstelt dat je hier geen boten mag laten liggen als er niemand aan boord is. Het is wat mij betreft in ieder geval jammer voor de gezelligheid en volgens mij ook voor het aantal toeristen wat dan de terrasjes en tavernes nog kunnen vullen. Van die verlaten boten wordt toch helemaal niemand blij. We maken nog een wandeling en blijven bij de constatering dat het hier goed toeven is. Voor volgend jaar staan Nidri en de Vlikho baai zeker op onze favorietenlijst.
De zondag doet haar naam eer aan, veel zon en wij genieten van een van de laatste keren dat we aan het strand zullen liggen de komende maanden. Het verveelt ook aan het eind van dit half jaar nog steeds niet. Er vaart overigens bijna geen tripperboat meer uit. Het landtoerisme is opgedroogd, en de mensen die zelf op een boot zitten hier, zijn niet de eerst te verwachten personen er een dagje met een tripperboot op uit te gaan. Ook hier zien we dat er verschillende strandtentjes al dicht zijn en ook een aantal restaurantjes heeft haar inventaris al binnen opgestapeld. Benieuwd hoe dit er in de zomer uitziet. Op maandag regent het als aangekondigd. Tegen 12 uur zou het droog zijn, maar dat schuift steeds een half uurtje op. Iets na tweeën wordt het dan toch droog en varen we snel uit. Er zit maandag en dinsdag weer wat onweer in de lucht met eventueel ook flink wat wind, en dus hadden we al besloten naar Lefkas stad te varen, daar is een echte haven. We hadden deze stop eigenlijk als laatste stop voor Preveza gepland, maar we kunnen ook gewoon weer terug dit gebied in. De afstanden zijn hier niet groot, en we liggen toch echt graag veilig met onweer op komst.
De tocht zelf is wel wat wonderlijk, we vertrekken bijna zonder wind, maar na een uurtje staat er een stevige wind recht van achter. Niet ideaal om te zeilen. En we hebben een beetje haast, achter ons is er namelijk nog steeds een inktzwarte lucht en we willen dan ook zo snel mogelijk in de haven zijn, geen omweggetjes dus vandaag. We komen binnen met een flinke bries, maar de havenmeester legt ons op een mooie beschutte plek en de wind die er is staat is op de kont, dus fijn voor het aanleggen. Het blijft hier verder droog, maar we zien het slechte weer ten zuiden onder ons doordenderen. Blij dat we hier liggen. We worden de volgende dag wakker met de geplande regen, en ik besluit gewoon in bed te blijven liggen tot het droog wordt, en dat blijkt om 11 uur te zijn. Het maffe is dat ik direct daarna lekker in de kuip in het zonnetje een kopje koffie kan drinken. De hele middag schijnt de zon hier, terwijl we nu ten noorden van ons het slechte weer zien zitten. We maken een flinke wandeling om Lefkas stad eens goed te verkennen en we doen weer eens grote boodschappen in een grote supermarkt, dat was even geleden, meestal zijn het de minimarkets in de kleine dorpjes. Tegen de avond zakt het slechte weer dan toch nog iets naar beneden, en krijgen wij ook nog even een staartje mee van een forse onweersbui. Terwijl het noodweer losbarst komen er nog 2 boten binnen varen, wij vragen ons af waar die mee bezig zijn. Dit weer kon je toch echt van verre aan zien komen, je kon precies zien welke kant je níet op moest varen. Laat ik het zo zeggen, wij hadden die keuze niet gemaakt in dit geval.
De tweede dag in Lefkas hebben we iets minder geluk, het mindere weer doet ons overdag aan. Geen zware onweer ofzo deze keer, maar wel regen. Maar ook nu gelukkig niet de hele dag. In de loop van de middag kunnen we er toch weer even op uit. Wat wel anders is dan in ons kikkerlandje, de temperatuur is meteen weer op orde zodra het droog is. Overdag is het nog steeds een topje/t-shirt en een korte broek, lekker hoor.
Als in het begin van het verhaal geschreven is de weersverwachting voor de rest van de week ten goede gekeerd. Wij hebben dan ook nog zin in een ‘klein rondje’ weer zuidelijk van Lefkas. We besluiten dan nu Spartakhori nog weer eens te proberen, de wind zal minder zijn vandaag dus Spartakhori baai zou rustiger moeten zijn. Eenmaal onderweg valt het toch weer anders uit. We beginnen met een knoopje of 7 wind ruim van achter. Mooi moment om de genaker nog even te hijsen. Zoveel kans zullen we daar niet meer voor krijgen, en het was al eventjes geleden dat dit zeil uit de zak is geweest. Na een half uurtje neemt de wind toe tot een knoop of 14. Hmmmm, Spartakhori lijkt wat ongunstiger, maar aan de andere kant, het zeilen gaat zo lekker dat we besluiten vandaag wat meer mijlen te maken. Als we de genaker op willen houden is Kalamos de beste bestemming. Toch George nog maar eens bezoeken? We varen zo lekker dat we dat besluit vol overtuiging nemen.
We speren met ruim 6,5 knoop enkel op de genaker over het water, heerlijk gevoel. Derde superzeildag al binnen goed een week. Maar, zoals wel vaker in deze omgeving blijft de wind niet constant, zowel niet qua kracht als qua richting. Na een goede 2 uur besluiten we de zeilvoering aan te passen. De wind staat niet ruim genoeg meer voor onze genaker, die begint wat te protesteren. We zetten de gewone zeilen op, en varen een tijdje scherp aan de wind mooi op koers naar de noordkant van Kalamos. Als we die ronden komt de wind weer ruim van achter, maar tot onze verbazing blaast hij nu regelmatig 20 knopen of meer. Als we even in een stuk komen waar het wat minder waait besluiten we te strijken, de laatste 2 mijl maar even op de motor. Als René nog bezig is met opruimen van alle lijnen, etc. en ik de bocht richting de onderkant van het eiland maak, krijg ik vlagen van 24 knopen op onze windmeter en nu ineens pal op de neus. De wind wil ons ook hier nog even laten weten dat wij ons werkelijk niets moeten verbeelden, en dat zij toch doet waar ze zin in heeft. Deze vlagen hebben wij in geen enkele weer- of windapp kunnen vinden. En dan gaat de stuurautomaat ook ineens nog kuren vertonen. We hebben het aan het begin ook even met hem aan de stok gehad, maar de afgelopen maanden heeft hij ons trouw gediend. Nu houdt hij geen koers meer, en als ik niet bijstuur lopen we op de klippen. Weer een klus voor René op het lijstje.
Het binnenvaren valt overigens mee. Er staat wel een stevige wind, maar wij twijfelen geen moment aan onze ankerprocedure en leggen de boot, uiteraard met behulp van de onofficiële havenmeester George, keurig op haar plek. George roept: ‘Welcome back captain!’. Zijn geheugen is nog prima. Hij ziet er overigens beter uit dan 2 weken geleden, toen dacht ik dat hij nog wel eens ter plekke neer kon vallen. Lang seizoen gehad zullen we maar zeggen. We genieten de rest van de middag weer van het binnenkomen van alle schepen, en constateren dat er toch nog weer een respectabele 35 boten liggen. ’s Avonds na het eten als we bij de taverne weggaan komt George nog even op ons af. Hij bedankt ons persoonlijk, net als hij bij alle andere bezoekers doet hoor, voor onze komst naar zijn taverne. We vragen of hij een goed jaar heeft gehad, en dat bevestigt hij. Tot onze verbazing vertelt hij met een grote grijns op zijn gezicht dat hier gister nog 70!! boten lagen. Alleen hij kan ze zo neerleggen dat er zoveel in de haven pasten, zegt hij vol trots. We beloven volgend jaar terug te komen. Kalamos is voor ons echt een ‘feel good’ plek.
De volgende dag gebeurt het ons dan toch. Bij het verlaten van de haven hebben we voor het eerst deze hele periode zelf een probleem met het ophalen van het anker. We waren al wel eens door anderen dwars gezeten, maar nu hebben we zelf een probleem. We zitten vast aan een mooringlijn. Ik merk het omdat de ankerlier heel zwaar blijft gaan ook al zouden we qua diepte al los moeten zijn, en René ziet bij de boot die naast ons lag de mooringlijn bewegen. De boot heeft overigens ook een anker uit, dus het is geen probleem. Ik haal met ons anker een klomp touw, ketting en andere rotzooi op. Wij moeten nu het truckje dat we andere boten regelmatig hebben zien doen, een lijn om de vastliggende lijn/ketting binden en dan je eigen anker laten zakken zodat die weer vrij komt, nu zelf uitvoeren. Dat gaat prima en een paar minuten later varen we uit. Het is heerlijk rustig weer. We hebben besloten naar Sivota te varen, de vorige keer dat we er lagen hadden we er minder mooi weer, dus het leek ons leuk er nu ook met een zonnige dag even te liggen.
Het is bijna windstil, dus van zeilen is vandaag geen sprake. We tuffen rustig naar Sivota en lopen daar begin van de middag binnen. Plek zat, en we besluiten op ongeveer dezelfde plek te gaan liggen als de keer ervoor. We wandelen nog wat, zien dat ook hier al weer meer zaken gesloten zijn dan goed een week geleden, en genieten aan het eind van de middag op ons voordek van het nazomerzonnetje. De nacht verloopt iets minder rustig doordat er toch een deining de baai binnenkomt. Dat weten we dan ook weer voor volgend jaar, bij zuidoosten wind is de baai iets minder comfortabel.
De volgende dag vertrekken we naar Nidri, en de dag daarna gaan we dan naar ons eindstation van dit jaar. De Cleopatrahaven in Preveza. Het lijkt weer een rustige dag te worden vandaag, en het is ook nu weer een afstandje van niks. Ik zit bij de ankerbak het anker binnen te halen. We komen mooi los en dan met nog geen 2 meter meer te gaan, ik zie ons anker net onder de waterlijn hangen, doet de elektrische ankerlier niets meer. Hij geeft geen kik meer, hoe ik ook op de knopjes ‘op’ en ‘neer’ druk. Dat meld ik dan ook in deze bewoording aan René: ‘Hij doet niks meer’. Nog een mazzel dat het anker al los is dit had ook kunnen gebeuren met 40 meter anker uit en het anker nog fijn ingegraven in de bodem! Ook René krijgt hem niet aan de praat. Hij trekt het anker dan maar op spierkracht binnen en we besluiten wel uit te varen. René kijkt terwijl we varen nog even of er een ‘quick fix’ mogelijk is, maar helaas de lier geeft geen sjoege. Het is net of de boot een half jaar ook wel genoeg vindt, eergister de stuurautomaat en nu dit weer. Hmmm, dat kon ook nog wel eens ons laatste plannetje doorkruizen. Bij Nidri kun je namelijk op een piepkleine drijvende steiger na, alleen maar ankeren. We besluiten als daar geen plek is door te varen naar Lefkas stad. We hebben dus in ieder geval een plan B. Als we bij Nidri aankomen zien we een schip aan de ene kant van de steiger liggen, een schip op de kop die heeft dus het anker uit, en een grote watertaxi aan de andere kant. We hebben het idee dat we voor de watertaxi misschien nog net kunnen liggen, maar we weten niet zeker of het diep genoeg is. Maar dan, net als alle andere keren eigenlijk dit half jaar, zit het ons toch ook mee. Terwijl we de stootwillen aan het uithangen zijn, komt de schipper van de watertaxi eraan en vaart ook direct weg. We kunnen dus mooi vrij aanleggen. Een geluk bij een ongeluk. Die middag besluiten we door te brengen op een strandbed. Dit is dan toch echt onze allerlaatste strandbedjesmiddag van dit jaar. We zullen het missen. De nacht verloopt weer heerlijk rustig en wij slapen dus als roosjes.
En dan breken toch echt de allerlaatste zeemijlen van onze zeilsabbatical aan. Op naar Preveza. We vertrekken wel iets vroeger dan gepland, vanochtend stond er in de weerapp ineens aan het eind van de middag onweer op het programma, en dan zijn we maar liever binnen. Als we Nidri verlaten staan er 4 knopen wind op de teller, dat wordt dus motoren. Maar al binnen 2 mijl neemt de wind flink toe. Hij staat wel pal van achter net als een aantal dagen geleden. We hijsen de zeilen, maar om de vaart erin te houden blijft de motor nog wel even aan. Een half uur later hebben we 16 knopen en meer achter ons blazen en varen we zonder motor ook 5,5 knoop. Dat geeft dan wel een goed gevoel, de laatste zeildag wordt dus ook nog gezeild. Als we in de buurt van het kanaal van Lefkas komen strijken we de boel voor de laatste keer. Het kanaal is behoorlijk smal hier en er wordt ook continue gedregd. Ook nu liggen de grote dregschepen midden in het kanaal en kunnen 2 boten elkaar nauwelijks passeren. We stoppen nog even bij Lefkas marina om voor de laatste keer de dieseltank vol te gooien en varen dan richting de brug. Hier zijn we op 19 juli, de eerste dag dat onze dochters aan boord kwamen, vanuit de andere richting door gevaren. Bijna 3 maanden geleden dus, dat klinkt best lang. De brug was toen in revisie en de inventieve Grieken hadden een veerboot dwars in het kanaal gelegd waar de auto’s doorheen reden van de ene oever naar de andere. Nu is de brug klaar en varen we om 13 uur samen met een kleine 10 andere boten dit deel van het zeilgebied uit.
Een kleine anderhalf uur later leggen we aan in Cleopatra. We zien de donkere wolken ten noorden van ons. Omdat alle zeilen nu lekker gelucht en goed droog zijn, besluiten we meteen door te pakken en deze eraf te halen. Dat blijkt een goed besluit, tegen 6 uur die avond krijgen we toch een flinke bui op ons dak en liggen onze zeilen droog en wel in de voorhut. De komende dagen staan dus in het teken van opruimen en schoonmaken, maar ook van wachten en regelen. De reden dat we iets eerder naar Cleopatra zijn gegaan is dat we hopen de komende dagen een goede begroting te krijgen met betrekking tot de schade aan de boot. Hiervoor zullen minstens 3 contractors langskomen. Een voor de arch, het roestvrijstalen deel dus, een voor de romp, het polyester, en dan nog een voor overige zaken. We gaan zien hoe efficiënt de Grieken dit aan gaan pakken. Gelukkig lijkt het erop dat we dit de komende dagen bij aardig rustig weer kunnen doen. De temperatuur gaat wel iets naar beneden, maar de eerste dagen hebben we als het goed is volop zon bij onze werkzaamheden.