Ga naar de inhoud

18 – Familie aan boord

16 augustus  t/m 25 augustus, geschreven door Thea

Route bij verhaal 18
Route bij verhaal 18

Familie aan boord

Dinsdagochtend gaan we op pad om Bea en Hijme van de veerboot op te halen. Ze komen aan op de kade waar we een week geleden Fred en Joyce hebben afgezet. Een aantal keren per dag komen er snelle veerboten uit Athene (Piraeus) aan. Wie het vorige verhaal gelezen heeft, heeft kunnen concluderen dat wij goed uitgerust zijn. Deze ochtend waait het ook nog stevig net als de afgelopen dagen, en de keuze of we vandaag nog blijven liggen of toch al op pad gaan, laten we nog even afhangen hoe de windsterkte zich vandaag verder ontwikkelt. Mijn zus en zwager komen met de boot van half 12 aan en wij staan natuurlijk zeer tijdig op de kade te wachten. De boot heeft iets vertraging, maar ze zitten toch echt aan boord en we kunnen ze hartelijk verwelkomen op het prachtige Poros.

Na een kop koffie in een van de cafés aan het water hobbelen we langzaam naar de boot. We kletsen lekker wat bij en slaan nog even groot in bij de supermarkt direct achter onze boot.

Boodschappen-inslaan
Boodschappen inslaan

Om goed 3 uur nemen we dan toch het besluit om vandaag al wel op pad te gaan. Zo hebben we zoveel mogelijk tijd om ver het vaargebied van de Saronische en Argolische golf in te komen. Bea en Hijme kijken zich ook de ogen uit als we langs Poros door de ‘sloot’ richting het grote water varen, wij vinden het zelf ook nog steeds een prachtig beeld. Eenmaal op het grotere water blijkt de wind toch nog een behoorlijke kracht te hebben, en de golven zijn ook nog flink van omvang. Dit heeft tot gevolg dat Bea onze volgende opstapper is die niet helemaal lekker wordt. Uiteindelijk vraagt ze waar ze kan zitten in het geval dat het met de maaginhoud mis zou gaan. Gelukkig voor haar komt het niet zo ver. De wind neemt verder af en vrijwel direct wordt de zee ook wat rustiger. En na een reistabletje gaat het dan ook al wel snel wat beter. Tegen half 8 komen we aan in Hermione. We weten dat er zo laat op de dag geen plaats meer in de haven is, maar dat is niet erg. Er is een rustige nacht voorspeld, en Hermione heeft een prima baai om te ankeren. We hadden bij het plunderen van de supermarkt ook eten voor de avond meegenomen, dus we blijven deze eerste nacht lekker aan boord en genieten van het uitzicht vanaf de boot en praten onder het genot van een drankje gezellig bij.

De volgende dag varen we richting Plaka Leonides. Een plaatsje waar we 5 jaar geleden ook geweest zijn, en waar we ook goede herinneringen aan hebben. Benieuwd hoe het nu zal voelen. Plaka ligt op de Pelopenese. De tocht verloopt rustig. Te rustig, in zoverre dat er vrijwel geen wind is. De motor moet dus vandaag flink aan de bak. Gister is Hijme gedeeltelijk op zijn rug verbrand, en moet dus vandaag verplicht veel in de schaduw zitten. Hij is overigens de enige persoon die ik ken die met een 50+ zonnebrandcrème weet te verbranden, het is een bijzonder mens. Er staat dus niet veel wind, maar het is op zich goed uit te houden, het is niet te warm. Dat is ons tot nu toe overdag sowieso meegevallen. Het loopt al richting eind augustus, maar we hebben het overdag eigenlijk nog niet te heet gehad, op het water is het altijd prima te doen. We komen niet al te laat in Plaka aan, omdat we een ‘oversteek’ naar de Pelopenese hebben gemaakt, was er deze keer geen ankerplek. Maar geen nood, Plaka heeft een leuk strand en op dat strand staan heel veel parasols en strandbedjes. René en Hijme zwemmen van de boot naar het strandje, en Bea en ik lopen er om de haven heen. Oftewel vanaf dit strandje kijken we naar onze eigen boot, ook wel eens leuk. We liggen er heerlijk en het water is lekker verkoelend.

Zicht-op--de-boot-Plaka
KIjken naar de boot vanaf het strand in Plaka

Als we teruglopen naar de boot worden we aangehouden door Dimitri. Hij is de eigenaar van de gelijknamige Taverne en hij staat erop dat Bea en ik mee naar binnen lopen om naar de ‘mama cook’ gerechten te kijken. Deze man neemt geen genoegen met een vriendelijk ‘nee bedankt’ dus wij hobbelen vrolijk achter hem aan naar de keuken. Daar worden alle gerechten opgenoemd en aangewezen en moeten we zelfs alle verse vis in de koeling bekijken. We beloven hem vanavond terug te komen, want het moet gezegd, de gerechten zagen er vers bereid en prima uit. Als we weer richting de eetgelegenheden lopen wacht hij ons met een grote smile op. Hij noemt ons de hele avond ‘good people’ en wij krijgen een prachtige doorlopende voorstelling. Dimitri kletst ons de oren van het hoofd en maakt bij het praten continue gebaren, je wordt er al moe van als je er naar kijkt. Zeker zo grappig, we krijgen in eerste instantie geen kaart te zien, hij vertelt ons wat een combinatie van lekkere voorgerechten zou zijn om fijn met ons vieren te delen. We durven hem niet tegen te spreken, en dat blijkt een goede keuze. We krijgen bijvoorbeeld de heerlijkste gevulde aubergines die ik ooit heb gegeten. Dan moeten we weer allemaal de keuken in om alle gerechten te zien, een hele happening. Als 3 van ons het zelfde willen bestellen grijpt Dimitri weer in. Dat moeten we niet doen, 2 x een Stifado (heerlijk stoofvlees) dat mag nog, maar dan moeten er nog 2 andere gerechten komen, zodat we van alles weer wat kunnen proeven. En ook dit is een goede keuze. Kortom het wordt een avond met (h)eerlijk eten en gratis entertainment, wat wil een mens nog meer. Aan het eind van de avond zit Dimitri uitgeblust aan een tafeltje achter ons, maar voor de ‘good people’ gaan, moeten we nog een ouzo van hem drinken. Mocht een van jullie ooit in Plaka komen, dit is een echte aanrader hoor.

Plaka verlaten we met een glimlach op ons gezicht, en we trekken deze keer wat verder naar het zuiden, naar Kiparissi. De buren in Plaka vonden het ook zeer de moeite waard. Het eerste deel van de tocht kunnen we zeilen, niet rechtsreeks de juiste koers maar via een aantal mooie laveerklappen komen we uiteindelijk een heel eind. De heersende wind komt hier langs de kust van de Pelopenese uit het zuiden. Maar goed, we hebben een zeilboot en al dat gemotor verveelt toch wel een beetje. We hebben een lunch- en zwemstop in een prima baai onderweg, en na wat geluier motoren we het laatste stuk naar het dorpje. Kiparissi ligt in een grote baai en je kunt er op verschillende plekken aanleggen of ankeren. Als je dicht bij het dorpje wilt liggen wordt het ankeren, de (relatief kleine) betonnen kade die er ligt nodigt niet echt uit tot aanleggen, en de boot die er ligt deint ook aardig op en neer. We ankeren een klein stukje verder en genieten weer van het uitzicht op de heuvels/bergen en het charmante dorpje. ’s Avonds pakken we de dinghy en maken nog een wandeling, we blijven bij het woord ‘charmant’ als typering voor dit dorp. De nacht verloopt iets minder charmant. Helaas liggen we het grootste deel van de nacht weer dwars op de swell (deining) die de baai binnenloopt. Dat betekent dat de boot, en wij dus ook, weer fijn heen en weer rollen. Dit gebeurt toch wel erg vaak hoor, als we ankeren. Minstens in de helft van de gevallen rollen we meer dan ons lief is. Maar goed, het zijn keuzes. We hadden ook in het noorden van de baai kunnen gaan liggen, maar dan hadden we niet zo makkelijk nog even naar het dorpje gekund. Af en toe nemen we het risico van een wat mindere nacht dan maar, gewoon morgen even een dutje doen.

Ankeren-bij-Kiparissi
Ankeren bij Kiparissi

We gaan weer omhoog, naar het noorden richting Tiros. We hebben gelezen dat in dit plaatsje zomaar de haven redelijk ontwikkeld zou zijn. Dat zou toch wat wezen zeg. Er staat zelfs in een review van een zeiler dat er een toiletgebouw met douches zou zijn. We kunnen niet wachten dit met eigen ogen te zien. Helaas staat er vandaag ook niet veel wind. Bea en Hijme worden niet echt verwend met zeiluren, die zijn klaarblijkelijk opgegaan bij het bezoek van Fred en Joyce, hadden we dat geweten…. Als we er bijna zijn begint het toch te waaien. Jammer, zegt René, als dit windje er wat eerder was geweest hadden we de motor vandaag wat minder nodig gehad. Als we de hoek omslaan richting de haven giert de wind ineens om onze oren. 18 – 20 knopen, we snappen er niets van, wat een gek lokaal effect. Uiteraard staat de wind niet reuze gunstig om aan te leggen, maar goed, met de extra handjes aan boord en onze ankerervaring durven we het wel aan. De actie verloopt weer gesmeerd, dit beginnen we toch echt wel onder de knie te krijgen. Deze keer liggen we naast Spanjaarden en in tegenstelling tot de meeste zeilers met een eigen boot, zijn zij nogal zenuwachtig. Het waait hard, ja dat klopt, maar ook weer niet zodanig dat je moet doen of de boel vergaat. Wij zetten mede om hen gerust te stellen nog 2 extra lijnen op onze boot, maar ze zijn niet erg tevreden. De Spaanse buurvrouw vraagt hoeveel ankerketting we uit hebben, en mijn antwoord van 35 meter zint haar niet. Ze vindt eigenlijk dat we opnieuw moeten ankeren en meer ketting uit moeten leggen. Dat lijkt ons niet nodig. Het anker ligt goed ingegraven en met al die extra lijnen naar de wal liggen we als een huis. Ook een charmeoffensief van Hijme met een praatje over een dochter die een half jaar in Madrid heeft gestudeerd trekt de Spanjaarden niet over de vriendelijkheidsstreep. We krijgen geen boe of bah meer uit deze mensen. Nou ja, je kunt ook niet alleen maar vrienden maken.

Bea en Hijme gaan op onderzoek uit met betrekking tot het toiletgebouw. Ze komen in zoverre met lege handen terug dat er niets van die strekking gevonden is, maar dat ze wel mensen gesproken hebben die, met handen en voeten, hebben uitgelegd dat het feest is vanavond, en dat we gratis wijn en vis kunnen krijgen om 9 uur. Het feest blijkt werkelijk een massaal volksfeest, ik schat dat er meer dan 1000 mensen vlak bij de kade in een soort openluchttheater op de been zijn. Grappig wel, al kunnen wij de traditionele Griekse muziek nog steeds niet echt waarderen. Als wij besluiten naar bed te gaan, is het feest nog niet voorbij. Ach, denken we, hoe lang kan de muziek doorgaan, dat zal toch meevallen, niet echt dus. Zeker tot 2 uur gaat het optreden door, het komt dwars door de oordoppen heen. En als de muziek eindelijk ophoudt zijn al die mensen nog niet zomaar weg. Sterker, de jeugd vindt de kade en haar omgeving veel te aantrekkelijk om nog even na te zitten, oftewel het is na half 5 als de rust wat weerkeert. Voor ons een korte nachtrust dus. Wij hebben overigens een nieuwe hobby ontwikkeld. We zoeken bij de verschillende havens naar de ‘Europese’ borden. Dit zijn de borden waarop staat hoeveel Europese subsidie is verstrekt voor, naar wij aannemen, de renovatie en/of doorontwikkeling van de haven en omgeving. In dit geval is dat 1.5 miljoen euro. Wij vinden dat er voor dat geld ook wel een toiletgebouw bij had gemogen.

Knutselen-in-Tiros
Knutselen in Tiros

De wind trekt vroeg in de ochtend alweer aan. We besluiten dan ook maar een beetje vroeg weg te gaan, zodat we niet met 20 knopen zijwind het anker op moeten halen. Als we op het open water komen staat er een lekkere bries, alleen niet in de goede richting. Geen probleem, we hoeven niet ver vandaag dus we kruisen een mooi stuk de zee op. Wat zouden wij toch slechte wedstrijdzeilers zijn. We varen wel een leuk stuk en Hijme staat lekker achter het roer, maar na een kleine anderhalf uur valt de wind zo’n beetje weg, niet conform de windverwachting overigens. Tja, dat betekent dus terug op de motor naar de kust. We koersen op een baai af om de onvermijdelijke middagduik te nemen en lekker te lunchen. De baai is prima, maar we zijn verbijsterd als om 2 uur de muziek van een camping op 100 gaat en vragen ons af of de mensen op het strand elkaar nog wel kunnen verstaan. Maar goed, het is niet anders. Na deze wat minder rustige stop varen we door naar Astrous. De volgende haven aan deze oostelijke poot van de Pelopenese. Even tussendoor, op Plaka Leonides na is er in alle havens aan deze kust meer dan genoeg plek. We liggen soms maar met een tiental ‘vakantieboten’ in een haven, geen haast dus om bij de volgende haven aan te komen. Ook in Astrous is er plaats genoeg, we kunnen kiezen. Het is weer een prachtig aanvaren van dit dorp overigens. Een deel van het dorpje is weer tegen een heuvel op gebouwd, en bovenop staan de ruïnes van een kasteel. Dat wordt vast weer een leuke klim!

Aanvaart-Astrous
Aanvaart Astrous

We besluiten hier een dag extra te blijven. Alles weer bij de hand, we liggen lekker aan een steiger en het dorpje ademt een goede sfeer uit. Naast ons liggen sympathieke Spanjaarden, dit ter compensatie van de Spanjaarden in Tiros denk ik. Als Bea en ik langswandelen om aan ons klimmetje naar het kasteel te beginnen, vragen ze of we hun vouwfietsen willen lenen. We leggen uit dat dat ‘de berg op’ niet zo handig is met een fiets, en ze kijken ons verbaasd aan. Eind van de ochtend deze klim? Dat is niet erg Zuid Europees. Hij legt ons uit dat we nu niets moeten doen, pas om 5 uur naar het strand, om 7 uur dan een wandeling en dan pas ruim na 9 eten. Wij vertellen dat wij Nederlanders dat toch wat anders doen, en wandelen naar boven. Het is een stevige klim, maar goed te doen. Eenmaal boven zien we een leuk kerkje met een prachtige buitenplaats, waar op dat moment een trouwerij aan de gang is. De ruïne zelf is wel echt een ruïne, maar zeker de moeite van de wandeling waard. Al was het alleen al vanwege de prachtige uitzichten rondom. We vragen ons toch ook nu weer af waarom de Grieken hier verder niets mee doen. De Spanjaarden hadden ons nog een tip gegeven, als we langs de andere kant naar beneden zouden lopen, zouden we op een plekje komen waar je kon zien wat Grieken ook met weinig geld kunnen doen.

Het-hofje-van-Astrous
Het hofje van Astrous

Oh ja, het Europese bord geeft hier 5,3 miljoen euro aan. De plek is gauw gevonden en is inderdaad adembenemend. Het is een soort parkje waar een mini kapelletje staat en waar een paar heel eenvoudige paadjes zijn aangelegd en picknicktafels onder de bomen staan. Naast de kleuren van de natuur zijn het wit en kenmerkende blauw van Griekenland gebruikt. Een super meditatief hoekje en inderdaad, veel zal dit niet gekost hebben. De wandeling was uiteindelijk toch een warme uitdaging en de rest van de middag brengen we na een late lunch op het strand door, lekker op een strandbedje onder een parasol.

Ook Astrous kunnen we toevoegen aan onze lijst van geslaagde stops. Geen idee waarom hier zo weinig andere boten liggen. Op naar Navpilon! Deze plek stond 5 jaar geleden al op onze planning, maar dat bleek net te ver weg. Het moet een mooi oud stadje zijn en het is de meest noordelijke haven in deze poot van de Pelopenese. Helaas is er deze ochtend weer geen sprake van wind van betekenis. We motoren naar onze ankerstop. Die is ook vandaag weer prima, het is een grote baai op iets meer dan 5 kilometer van Navpilon, er blijken veel strandtenten met bijbehorende bedjes te zijn, maar deze produceren nauwelijks geluid, gelukkig maar. Tegen half 3 gaat dan ineens de wind aan, de baai wordt door de deining en de wind die om onze oren giert een stukje minder idyllisch. Het is ook alles of niets iedere keer. Het is toch zo’n beetje tijd door te gaan en met de genua op wapperen we relaxed naar Navpilon. Wat meteen opvalt is de burcht en de enorme vestingmuur op de heuvel, het is echt prachtig te zien, en het doet wel wat denken aan Kotor in Montenegro. Dat belooft wat voor het stadje, de haven is echter 3x niks. Het is gewoon een (voormalige?) industriehaven. Een lange betonnen kade dus met grote bolders voor zeeschepen, beton achter de boot gevolgd door een hekwerk en een weg. We verzuchten weer dat ze hier met niet al te veel moeite toch best iets mooiers van kunnen maken. Moeten ze maar wat Europese subsidie aanvragen, kunnen ze bij die andere dorpjes wel vragen hoe dat moet.

Maar het stadje is prima in orde. Veel straatjes met kleine winkeltjes, een mooi groot plein waar we in de avond nog een heerlijk drankje nemen. Allemaal goed verzorgd en een lekkere toeristische sfeer, maar niet ‘over de top’. We besluiten de klim hier naar boven naar de burcht (een kleine 1000 treden) maar niet te doen, we bekijken het wel van onder af. Hijme is overigens de sportiefste van ons 4, hij gaat de volgende ochtend weer een stuk rennen, dat is zijn derde keer al deze vakantie. Ik vind het erg stoer van hem, mij lukt het met deze hitte niet. Hij loopt terug richting onze ankerbaai van de dag ervoor, en komt met 14 kilometer op de teller weer bij de boot, petje af. We gaan weer door vandaag, er is geen tijd meer voor een extra dag ergens. Dat heeft ook alles met de weersverwachting te maken. Over 2 dagen staat er weer harde wind op het programma, net als anderhalve week geleden. We gaan vandaag naar Spetses, een van onze favoriete bestemmingen.

Eerst wordt er weer een stuk gemotord, maar op een gegeven moment kan toch het zeil op. Het waait redelijk stevig, niet helemaal uit de goede hoek, maar we kunnen toch een tijdje zeilen. Het laatste stuk doen we op de motor om de lunch te kunnen nuttigen op een boot die recht ligt. Spetses is die plek waar je je anker uitgooit en waar je dan lange lijnen naar ijzeren pinnen moet brengen, die in de rotsen aan de wal van het dorpje geslagen zijn. Met de dinghy ervaring van Fred en Joyce nog vers in het geheugen, zie het vorige verhaal, besluiten we een variant uit te proberen. We zetten Hijme overboord met een lijn, en als hij deze vast heeft gooien we het anker uit en ankeren we naar hem toe terwijl hij richting ons zwemt. En dit werkt helemaal prima. Binnen no time liggen we naar wens. Er komt een boot met Engelsen binnen, een gezin met 3 jonge kinderen. De man kijkt vertwijfeld hoe hij dit moet doen. Onze stoere mannen bieden aan te helpen. Hijme als eerste als hij klaar is met onze lijnen. En René volgt als onze boot helemaal stevig ligt. De eerste keer lukt niet helemaal, het zoontje heeft het anker niet goed gelegd, maar bij de tweede poging komt het allemaal goed. De Engelsman belooft de mannen een biertje die hij later al zwemmend komt brengen.

We liggen er weer top, en de ‘Hafen Kino’ ontrolt zich weer voor onze ogen. Deze keer vinden we het verloop van de film iets minder geslaagd overigens. We liggen er op een drukke dag, en het ligt redelijk vol en door hoe een flotielje met Japanners (echt waar!!) is afgemeerd ligt iedereen ook minder ‘op een rijtje’ dan de andere keren dat we hier lagen. Naast ons komt een boot met 2 Duitse jongemannen. Die vragen ons of ze aan ons vast mogen liggen, en leggen zelf 1 lijn uit. Dat kan allemaal nog wel. Aan de andere kant van ons komt een Griek die op een Mexicaan lijkt aanleggen. Hij maakt zich vast aan de laatste boot van de flotielje, en legt ook maar 1 lijn naar achter uit. En dan als klap op de vuurpijl wil er tussen die boot en die van ons zich nog een boot wringen. Dat lukt ze, maar wij zijn er niet echt blij mee. De boot ligt niet recht, het anker trekken ze helemaal niet strak, en ook deze mensen vinden 1 lijn genoeg. Dit hebben we allemaal niet eerder meegemaakt.

’s Avonds gaan we lekker nog even het stadje in, en Spetses blijft een prima plaatsje voor een wandeling en een lekker drankje. En dan komt de nacht. Het begint al eerder te waaien dan voorspeld, en ook uit de andere richting dan toen de boten zijn gaan ankeren. Dit heeft tot gevolg dat de boten die maar aan 1 lijn liggen nu een veel te grote ‘swing’ maken. De boot van de nep-Mexicaan leunt daardoor tegen de boot naast ons met de mensen die hun boot niet goed hebben neergelegd en daardoor leunt die weer tegen ons. Hun ankerketting schuurt tegen onze ankerketting en alles piept, kraakt of maakt anderszins lawaai. En omdat de wind uit het noordwesten komt, liggen we ook nog te rollen. Kortom, het wordt geen fijne nacht. Vooral de kapitein vindt het helemaal 6x niks, hij geeft aan maar 1 uur te hebben geslapen.

De volgende dag ziet de boot direct naast ons in dat ze snel weg moeten. Dat is in ieder geval fijn. Ze hangen met hun boeg nog even flink op onze ankerketting, die laten we even naar beneden zakken met onze motor in de vooruit, zodat we niet onbedoeld naar achter varen. Onmiddellijk waait de boot van de nep-Mexicaan zo’n beetje dwars voor onze boot. Als René hem er vriendelijk op wijst dat zijn kiel tegen onze ankerketting schuurt, dat is aanzienlijk slechter voor zijn kiel dan voor onze ketting, haalt hij zijn schouders wat op, tja. Maar dan begrijpt hij toch ook dat het geen goed idee is nog veel langer zo te blijven liggen, en vertrekt hij ook. René redt hem nog door onze ankerketting snel te laten zakken als hij bij het wegvaren zo verwaait dat hij met zijn roer over onze ketting vaart. De man kijkt niet op of om en zal ook nooit weten dat hij zo geholpen is. Het goede nieuws is dat wij nu een vrije doorvaart vooruit hebben. Een eindje verderop zien we ondertussen de Engelsman vertwijfeld een plan verzinnen. Hoe gaat hij hier nu wegkomen. Je moet namelijk wel de lijnen aan de wal los zien te krijgen en je moet weg zien te varen. We besluiten ze ook nu te gaan helpen. Dat wel samen met een plan voor onze eigen afvaart. Hijme zal eerst de lijnen van hun boot losmaken, en dan die van ons. De lijnen dit hij ‘gewoon’ los kan krijgen zal hij losmaken, maar wat te vast lijkt te zitten, zal hij doorsnijden met ons survival mes. En daar gaat onze G.I. Hijme. Up to the rescue! Van de 3 lijnen die de Engelsen hebben snijdt hij er 2 door en begint dan aan onze lijnen. Hij is zo ‘lekker bezig’ dat hij besluit 1 van onze lijnen ook door te snijden. Wij besluiten hierna Hijme de rest van de vakantie weg te houden bij de scherpe messen, de blik in zijn ogen bij het woord snijden belooft niet veel goeds. Geintje natuurlijk, het verloopt dus allemaal soepel, we pikken Hijme al zwemmend weer op, en we hebben er weer een verhaal bij en een Engelsman die ons eeuwig dankbaar is.

We hadden Hydra op het programma, maar er zit onweer en harde wind in de lucht, dus we besluiten wel even langs Hydra te varen, misschien ook wel even in de haven te gaan kijken om Bea en Hijme een beeld te geven van het dorpje, maar dan toch door te varen naar Poros. Gezien de weersverwachting lijkt dat het slimste plan. De tocht begint goed. Lekkere wind redelijk ruim van achter en Bea neemt het roer. Een vrolijke kapitein roept dat het nog wel eens een mooie zeildag kan worden. Dat loopt wat anders. Na een uurtje valt de wind compleet weg, om 10 minuten later volkomen uit de andere richting te komen. Het lukt ons nog net om te motorzeilen op 30 graden. Als we in de buurt komen van de doorgang tussen het eiland Dhokos en de verste punt van Hydra begint de wind stormachtig te worden en de golven nemen navenant toe. Gelukkig hebben Bea en Hijme wel een reispilletje genomen vanochtend. Maar echt comfortabel is het niet meer. Hmmmm, kijken of het beter wordt als we de doorgang voorbij zijn. Dat blijkt helaas niet het geval, enig voordeel is dat we een iets betere koers met betrekking tet de golven kunnen varen, we gaan een beetje ‘met ze mee’ in plaats van er vol tegenin te stampen. Maar de wind neemt alleen maar toe. We besluiten dan ook maar het hele Hydra plan te skippen en te zorgen dat we zo snel mogelijk richting Poros komen. Een paar mijl voor we af moeten slaan richting Poros krijgen we windvlagen van 29 knopen om de oren, dat is een dikke windkracht 7, niet echt leuk meer. Poros binnenvaren blijft leuk, en het aanleggen verloopt ook uitstekend, ondanks de harde zijwind die er staat. We liggen 3 plekjes verder dan anderhalve week geleden. Prima hier vermaken we ons wel weer even.

Zussen-op-de-berg-Poros
Zussen op de berg in Poros

De volgende dag zullen Bea en Hijme weer met de veerboot naar Athene gaan. We gaan de laatste avond nog even lekker uit eten. En lekker is het, na Dimitri op Plaka die is niet te verslaan, het lekkerst. De volgende dag wandelen we nog even naar de klokkentoren voor wat mooie uitzichten. We wandelen ook nog even door de nauwe straatjes van Poros trapje op en trapje af, en dan is het toch ook nu weer tijd voor het afscheid. Zonder te hoeven jokken kunnen we ook nu zeggen dat we een prima tijd hebben gehad. We concluderen met z’n vieren dat het misschien ook wel makkelijk is omdat ons bezoek toch ook echt in een vakantiestemming is, maar toch. We hebben 9 dagen met 4 man op een kleine ruimte vertoefd, en ook nu was het weer erg gezellig en hebben we veel leuke dingen meegemaakt.

Na de dikke knuffels en de lamme arm van het nazwaaien van de veerboot wandelen René en ik terug naar de boot. We gaan weer een tijdje samen op pad. Nog een kleine 2 maanden te gaan.